Image
Top
Navigation
30 maart 2021

“Bierbrouwerij met bourgondische klasse”

De nieuwe brouwzaal voor Omer Vander Ghinste werd onder de loep genomen door Koen Van Synghel in een publicatie in De Standaard.

DE STANDAARD – DE ARCHITECT 

Bierbrouwerij met bourgondische klasse

Koen Van Synghel

Een uitgebalanceerd en zinnenstrelend complex. Klaas Verdru 

Bellegem bij Kortrijk ligt op een terp en kijkt uit over het land tussen de Leie en de Schelde. Al vijf generaties lang wordt hier bier gebrouwen door de familie Vander Ghinste. Toen de stamvader in 1892 de zaak opstartte, liet hij in de cafégevels brandglasramen aanbrengen met het opschrift ‘Bieren Omer Vander Ghinste’. De legende wil dat elke eerstgeboren zoon ‘Omer’ werd gedoopt om te voorkomen dat die glasramen bij elke generatiewissel vervangen moesten worden.

Die aandacht voor vormgeving zindert ook door in de architectuur. De brouwerijtoren heeft een markant golvend dak en de interbellumgebouwen zijn opgetrokken in zandgele en groen geëmailleerde baksteen. Sinds kort is er een nieuwe brouwzaal met sculpturaal metselwerk.

Het is allesbehalve vanzelfsprekend om een brouwerij met industriële afmetingen uit te breiden in het hart van een dorp, maar de stad Kortrijk begreep al snel dat een brouwerij met een bezoekerscentrum toeristisch potentieel heeft. Zo doen Franse wijn­domeinen het tenslotte ook.

De nieuwbouw verrees aan de andere kant van de straat. Niet in witgeschilderd beton of gele interbellumbaksteen, maar in een mengeling van ‘rustieke’ bakstenen. Het was een grote uitdaging om ruimte te scheppen voor de vrachtwagens. Een ander heikel punt was om de bestaande stookplaats en technische cabines te integreren.

 Klaas Verdru

Het architecten- en ingenieursbureau DBG slaagde erin om, in samenwerking met Claeys/Haelvoet Architecten, het geheel vanzelfsprekend in te passen in het dorp. Ze deden dat door een subtiele mantel te draperen rond de twee brouwzalen en vijf silo’s van 22 meter hoog. 

Om allure te geven aan de toegang naar de boven- en de onderbrouwzaal, creëerden ze een koer, met centraal daarop een boom, die omarmd wordt door muren. Van daaruit lieten ze tegen de concave bakstenen gevel een trap elegant naar boven draaien. 

In de bovenbrouwzaal speelt de geometrie van de oude glasramen door in het houten plafond. Ingenieus haken de balken in het midden in elkaar. Via een opening, die op een diafragma lijkt, dwarrelt het hemellicht binnen. Een strategisch uitgesneden raam geeft uit op de oude brouwerij en een mooie geritmeerde wand in hout en glas biedt uitzicht op de machinerie van de brouwerij. Dat alles maakt er een uitgebalanceerd en zinnenstrelend complex van.

Zonder brouwerij was Bellegem waarschijnlijk verworden tot een slaapdorp. Met bourgondische klasse demonstreert architectuur hier dat ‘zonevreemd’ een achterhaalde, planologische kronkel is. Drink bier met mate, maar zet geen maat op architectuur.